02 Transparantie Stadskantoor

SKT02.59.44

Als gebouw is het stadskantoor heel transparant. Zelfs zo transparant dat het hier en daar als ‘eng’ aanvoelt. De eerste zes (openbare) verdiepingen kijken uit op het binnenplein. Vanaf de balustrades tot aan het plafond zijn daar een soort ijzeren vlechtwerken gespannen ter beveiliging. Er is een heel hoge roltrap die halverwege door een ‘tunneltje’ gaat van blauw neonlicht. Er zijn glazen vloeren waar je onder je voeten de diepte inkijkt. Er zijn veel prettige zachte ‘grenzen’ in de mensen die je begroeten en begeleiden. De burger en ambtenaar staan op gelijke hoogte. Er zijn gastvrouwen en veel heerlijke lounge plekken voor iedereen. Er zijn lockers die ook iedereen kan gebruiken. Maar het is ook een doolhof. Er kan en moet veel digitaal gedaan worden aan handelingen voor je een ambtenaar te spreken krijgt. En wat als dat niet werkt? Er zijn digitale afspraak machines en ook digitale uitbetaal machines als je recht hebt op een voorschot.Er zijn op elke verdieping ook ‘harde grenzen’ naar de ‘backoffice’ Op de verdiepingen daarboven waar de 4000 medewerkers werken, verschilt de sfeer niet zo veel met die in het openbare gedeelte van het gebouw. Werknemers hebben gen vaste plekken. Als je een 1/2 uur je bureau leeglaat, ben je die kwijt. Persoonlijke spullen uitstallen mag niet. Zelfs de lockers worden eens per maand gecontroleerd om te zien of ze niet ‘oneigelijk’ gebruikt worden. De filosofie is duidelijk. Het flexwerken moet de onderlinge werkverhoudingen tot andersoortige ontmoetingen inspireren. Maar ja het moet wel beheersbaar blijven, vindt de facilitaire dienst. Dus geen planten op kantoor. Geen persoonlijke spullen op de bureaus en aan de muur. En geen boeken in de overal aanwezige hoge zwarte kasten. dat staat te rommelig. Het gevaar is dat een uitnodigende plek als dit nieuwe kantoor bedoeld is om van iedereen te zijn maar dat uiteindelijk niemand zich er thuis voelt. Dan leidt transparantie tot een ontheemding.

You must be logged in to post a comment.